icon

Digitalisering bij stemprocedure VvE

In alle Modelreglementen bij splitsing in appartementsrechten (MR) staat de volgende regeling opgenomen (artikel 35 MR 1973, 36 MR 1983 en 1992 en 49 MR 2006):

Ieder der eigenaars is bevoegd hetzij in persoon hetzij bij een schriftelijk gevolmachtigde al dan niet lid van de vereniging de vergadering bij te wonen, daarin het woord te voeren en het stemrecht uit te oefenen.”

Recentelijk diende de kantonrechter van de Rechtbank Oost-Brabant te oordelen over de vraag of op grond van voornoemde bepaling (in deze zaak betrof het waarschijnlijk artikel 36 MR 1983, hoewel in de uitspraak zelf "1993" staat) van het modelreglement en de wet het voor leden van een VvE ook mogelijk is hun stem digitaal uit te brengen.

In deze zaak ging het over een stemming van de VvE over het wijzigen van de splitsingsakte. Aan de leden van de VvE werd voorafgaand aan de vergadering de mogelijkheid geboden om hun stem digitaal uit te brengen via een gespecialiseerd software systeem voor verenigingen van eigenaars. Vijf leden hadden van deze mogelijkheid gebruik gemaakt.

Een van de leden van de VvE heeft vervolgens aan de kantonrechter verzocht om het besluit van de VvE tot wijzing van de splitsingsakte te vernietigen. Volgens het desbetreffende VvE lid volgt namelijk noch uit de statuten noch uit het splitsingsreglement dat er een mogelijkheid is voor digitaal stemmen, waardoor het besluit tot wijziging van de splitsingsakte wat betreft de wijze van totstandkoming in strijd zou zijn met artikel 2:15 BW. Voor het geval digitaal stemmen toch was toegestaan, stelde het VvE lid dat er niet was voldaan aan de eisen die gelden voor het stemmen via een elektronisch communicatiemiddel als weergegeven in artikel 2:38 BW.

De kantonrechter overweegt ten eerste dat in artikel 36 van het splitsingsreglement geen verbod kan worden gelezen voor het digitaal stemmen.

Vervolgens volgt de kantonrechter het standpunt van de VvE dat uit de parlementaire geschiedenis kan worden afgeleid dat elektronisch stemmen onbeperkt mogelijk is voor een VvE en er niet strikt aan artikel 2:38 BW hoeft te worden voldaan. Volgens de kanontrechter kunnen de verenigingen van eigenaars dit zelf regelen en valt niet in te zien waarom dit op formele wijze zou moeten door de splitsingsakte of het modelreglement te wijzingen. Dit mede gelet op het feit dat in deze zaak de elektronische stemprocedure met de nodige waarborgen was omkleed en deze wijze van stemmen in wezen niet verschilt van bij volmacht stemmen. De kantonrechter heeft hierbij ook meegewogen dat de betrokkenheid van de bewoners door het mogelijk maken van elektronisch stemmen groter wordt omdat ze niet op een vergadering aanwezig hoeven te zijn en toch hun mening kenbaar kunnen maken, wat ten goede komt aan het besluitvormingsproces binnen een vereniging van eigenaars.

De kantonrechter komt dan ook tot de conclusie dat de digitaal uitgebrachte stemmen moeten worden gezien als geldig uitgebrachte stemmen.

Uit deze uitspraak valt af te leiden dat een elektronische stemprocedure voor een VvE besluit met de nodige waarborgen moet zijn omkleed. De vraag die resteert voor de praktijk is welke waarborgen in acht moeten worden genomen bij digitaal stemmen.

Ten slotte is het ook nog de vraag of een eenmaal uitgebrachte digitale stem op een later moment herroepen kan worden. Op grond van de wetsgeschiedenis van artikel 2:38 BW is dat niet mogelijk (Zie Mvt Kammerstukken II 30 019, nr.3, pagina 10). Nu artikel 2:38 BW volgens de kantonrechter echter niet strikt gevolgd hoeft te worden door VvE’s, is het vraag of dat ook geldt in het kader van een VvE stemming.


Roos de Grave is niet meer werkzaam bij Wieringa Advocaten. Indien u een vraag heeft naar aanleiding van deze blog dan kunt u zich wenden tot onderstaande contactpersoon van het praktijkgebied contracten.

Heeft u vragen?

Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.
Digitalisering bij stemprocedure VvE

Schrijf u in voor onze nieuwsbrief

Schrijf u in voor onze nieuwsbrief