icon

De'privileges' van de advocaat

De verschonings- en zwijgplicht van de advocaat zijn recent veel in het nieuws geweest. Minister Donner heeft een commissie hiernaar onderzoek laten doen, het onderwerp heeft recent in Amsterdam tot enige opschudding geleid toen de rechtbank een advocaat wilde horen, en verschillende kranten hebben hieraan aandacht besteed.

De aandacht voor het onderwerp richt zich vooral (zoals gebruikelijk) op strafzaken. Niet direct iets voor ons kantoor dus, maar het is een onderwerp dat de gehele advocatuur aangaat, ook als het om civiele zaken gaat. Wij volgen die ontwikkelingen dus wel degelijk met grote belangstelling.

Wat mij in de discussies en berichtgeving het meest is opgevallen is dat wordt gesproken over de “privileges” van een advocaat: wij mogen weigeren te getuigen en hoeven (in tegenstelling tot “gewone” mensen) niet te zeggen wat we als getuigen weten – het klinkt een beetje alsof wij mogen parkeren waar anderen dat niet mogen (ook eventjes een beladen onderwerp, maar daar ga ik verder niet op in) of over de trambaan mogen rijden met onze auto's. Maar dat is natuurlijk onzin.

Een van de peilers van onze rechtsstaat is de waarborg voor een eerlijk proces. Een onlosmakelijk onderdeel daarvan is de waarborg van goede rechtshulp: een proces is pas een eerlijk proces als alle betrokkenen toegang hebben tot (deskundige) juridische bijstand. Een absolute voorwaarde daarvoor is dat mensen vertrouwelijk kunnen praten met een advocaat. Dat is het doel van verschonings- en zwijgplicht: niet om het de advocaat makkelijker te maken, maar om een eerlijk proces te waarborgen.

Door de decennia heen verschuift de prioriteit in procedures. Dat is een normaal en natuurlijk proces – het gebeurt ook in de politiek, de omgangsvormen, de mode, enzovoorts. In de jaren zestig en zeventig lag het accent met name op de rechten van het individu, en in het strafproces dus op de verdachte. In deze tijd ligt de nadruk meer op bescherming van de maatschappij. Zo'n verschuiving, hoe je daar verder ook over denkt, is niet zo erg, als daarbij de fundamenten van de rechtsstaat maar niet uit het oog worden verloren en worden aangetast. Als de rol van de advocaat in het proces wordt aangetast door doorbreking van verschonings- en zwijgplicht, is die aantasting een feit. Het is daarom goed dat de door de minister geraadpleegde commissie heeft geadviseerd dat niet te doen.

De bijzondere positie van de advocaat brengt wel een zware verplichting met zich. Als de perceptie is dat een advocaat zijn positie misbruikt, zal dat in toenemende mate leiden tot een roep om die bijzondere positie (en daarmee zijn noodzakelijke rol in het proces) ongedaan te maken. En het laatste woord moet, zoals altijd in onze rechtsstaat, aan de rechter zijn: die moet – per geval – bepalen of het zwijgrecht terecht wordt ingeroepen. Die regeling is goed, en daaraan moet dus niets worden veranderd.


Arco Siemons is niet meer werkzaam bij Wieringa Advocaten. Indien u een vraag heeft naar aanleiding van deze blog dan kunt u zich wenden tot onderstaande contactpersoon van het praktijkgebied column.

De'privileges' van de advocaat

Schrijf u in voor onze nieuwsbrief

Schrijf u in voor onze nieuwsbrief