Praktijkgebieden: Geheimhoudingsplicht en waarheid: een eeuwige discussie
Geheimhouding. Advocaten mogen het, de pastoor mag het en de arts mag het. Maar soms knelt die geheimhouding, omdat daardoor de waarheid niet volledig boven tafel komt. Daarom woedt er een vrijwel permanente discussie over de geheimhouding en het daaraan gekoppelde verschoningsrecht. De rechtbank Rotterdam heeft op 13 februari 2007 over deze vraag een uitspraak gedaan.
Wat was er aan de hand? Het Eramus Ziekenhuis te Rotterdam had een ernstig zieke patiënte behandeld en onder andere een pacemaker ingebracht, waarbij een complicatie was ontstaan. De patiënte was vervolgens erg snel moe geworden en heeft zich weer, met haar echtgenoot, gemeld bij het ziekenhuis. Daarbij zijn foto's en een hartfilm gemaakt, is zuurstof toegediend, is de pacemaker uitgelezen en zijn urine- en bloedmonsters genomen. Daarna is de patiënte naar huis gestuurd, tegen de verwachting van haarzelf en haar echtgenoot in. Thuis aangekomen is zij overleden. De echtgenoot is van mening dat er sprake is van een medische fout en hij heeft aangifte gedaan van “door door schuld”.
Uit het onderzoek van het openbaar ministerie was echter gebleken dat geen goede beoordeling van de zaak kon worden gemaakt. Alle relevante gegevens bevonden zich in het patiëntendossier. Dat lag bij het Erasmus MC. Het ziekenhuis wilde het patiëntendossier niet afgeven, waarbij zij zich onder meer beriep op haar geheimhoudingsplicht.
De rechtbank erkende dat het ziekenhuis een geheimhoudingsplicht heeft en dat daarbij de geheimhouder in beginsel zelf bepaalt of er sprake is van gegevens die geheim moeten blijven. Daarbij merkt de rechtbank echter op dat er uitzonderlijke omstandigheden kunnen zijn waarin de waarheidsvinding zwaarder moet wegen dan de geheimhoudingsplicht. Die omstandigheden acht de rechtbank aanwezig. Daarbij overweegt de rechtbank dat het gaat om een ernstige verdenking (door door schuld). Verder heeft de echtgenoot toestemming gegeven om het medisch dossier in te zien. En hoewel de toestemming van de echtgenoot niet gelijk staat aan de toestemming van de patiënte zelf, is de echtgenoot nauw betrokken geweest bij de behandeling van de patiënte, zodat kan worden aangenomen dat hij handelt in overeenstemming met de wil van de overleden patiënte. Tot slot, is er geen enkele andere mogelijkheid om de waarheid boven tafel te krijgen. De rechtbank vindt dat onder deze omstandigheden de waarheid belangrijker is dan de geheimhouding. Het ziekenhuis moet het medisch dossier afgeven.
Jonathan Barth is niet meer werkzaam bij Wieringa Advocaten. Indien u een vraag heeft naar aanleiding van deze blog dan kunt u zich wenden tot onderstaande contactpersoon van het praktijkgebied column.
Door het leggen van conservatoir (derden) beslag worden vermogensbestanddelen van een wederpartij per direct bevroren. Er kan geen overdracht meer plaatsvinden en in bepaalde gevallen kunnen vermogensbestanddelen zelfs elders in bewaring worden gegeven. Deze actie kan druk zetten op de wederpartij waardoor een snelle oplossing kan worden bereikt.
Beslaglegging moet wel altijd worden gevolgd door een bodem of arbitrage procedure, tenzij eerder een buitengerechtelijke oplossing wordt bereikt.
Onterecht leggen van beslag moet worden voorkomen; het kan leiden tot een schadevergoedingsactie.
Wij onderzoeken graag of dit rechtsmiddel in uw situatie tot een spoedige oplossing kan leiden.
Snel een uitspraak nodig van de rechter over een bepaalde urgente situatie? In dat geval is een kort geding een oplossing voor uw situatie. De rechter geeft een voorlopig oordeel waaraan partijen zich al dan niet op straffe van een dwangsom dienen te houden.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende juridische oplossing.
Dit is in het civiele en bestuurlijke recht de procedure die (al dan niet na hoger beroep) leidt tot een definitieve beslechting van het geschil. Anders dan in een kort geding ligt de nadruk hier veel meer op een schriftelijke uitwisseling van processtukken.
Wij onderzoeken graag of dit de aangewezen procedure is voor uw geschil.
Een partij die zich beroept op de rechtsgevolgen van de door haar gestelde feiten of rechten moet deze bewijzen. Voorafgaand aan iedere gewenste procedure moet derhalve de bewijspositie worden bekeken.
Soms is het bewijs nog niet voldoende in handen van de cliënt. In dat geval is nadere actie gewenst. Te denken valt dan bijvoorbeeld aan het instellen van een (voorlopig) getuigenverhoor of het afdwingen van het verkrijgen van inzage in bepaalde documenten die zich bij de wederpartij bevinden (exhibitieplicht).
Wij zoeken graag met u naar de mogelijkheden om uw bewijsprobleem op te lossen.
Soms ontstaat er in een onderneming een intern geschil tussen aandeelhouders of tussen het bestuur en (enkele) aandeelhouders. Dit kan bijvoorbeeld gaan over de te volgen strategie van de onderneming. In dat geval kan aan de Ondernemingskamer, een speciaal daarvoor geëquipeerde afdeling van het Hof Amsterdam -- bij ons kantoor om de hoek -- een onderzoek naar de gang van zaken binnen de onderneming worden gevraagd. Zo'n onderzoek kan worden voorafgegaan door het vragen van voorlopige voorzieningen, zoals het schorsen van een bestuurder voor de duur van de procedure of het tijdelijk ontnemen van het stemrecht van een aandeelhouder.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende oplossing.