icon

Kledingvoorschrift ziekenhuis gerechtvaardigd onderscheid godsdienst

Onlangs heeft de kantonrechter te Den Bosch zich uitgesproken over de vraag of een ziekenhuis middels een kledingvoorschrift inbreuk mag maken op het recht van een verpleegster zich te kleden overeenkomstig haar geloofsovertuiging.

Het ziekenhuis stelt het dragen van bedrijfskleding met korte mouwen verplicht, op grond van een richtlijn ter voorkoming van infecties. Een islamitische verpleegkundige op de dialyseafdeling van het ziekenhuis had verzocht met lange dan wel driekwart mouwen te mogen werken. Op grond van haar geloofsovertuiging dient zij haar armen (en onderarmen) zoveel mogelijk te bedekken.

Het ziekenhuis vroeg intern en extern advies over de richtlijn, en wees het verzoek van de verpleegkundige af. De verpleegkundige bleef echter weigeren korte mouwen te dragen; uiteindelijk verzocht ziekenhuis de kantonrechter de arbeidsovereenkomst te ontbinden.

De kantonrechter overwoog dat de betreffende richtlijn is opgesteld door gezaghebbende wetenschappers en door de Inspectie voor de Gezondheidszorg als standaard wordt gehanteerd. Het kledingvoorschrift vormt een indirecte inbreuk op het grondrecht van de verpleegkundige zich overeenkomstig haar geloofsovertuiging te kleden, maar de rechter oordeelde die inbreuk noodzakelijk, proportioneel en gerechtvaardigd. Daarbij nam de kantonrechter mee dat het ziekenhuis eerst externe adviezen heeft ingewonnen voor het een beslissing nam op het verzoek van de verpleegkundige om van de kledingvoorschriften af te wijken.

De rechter had wel wat kritische opmerkingen richting het ziekenhuis; het beleid leek niet helemaal eenduidig te zijn, en een overplaatsing van de verpleegkundige naar een andere afdeling was ook iets te voortvaren. De kantonrechter oordeelde echter dat de ontstane situatie niet in overwegend mate aa één van de partijen viel te verwijten; de verpleegkundige kreeg een neutrale vergoeing.

Kortom, kledingvoorschriften ter preventie van infecties rechtvaardigen een inbreuk op het recht geloofsovertuiging te uitten. Echter, het beleid daartoe moet eenduidig zijn. In het geval de werkgever per afdeling verschillend beleid hanteert, moet dat heel duidelijk aan de werknemers bekend worden gemaakt.


Maartje Oliemans-Ouwehand is niet meer werkzaam bij Wieringa Advocaten. Indien u een vraag heeft naar aanleiding van deze blog dan kunt u zich wenden tot onderstaande contactpersoon van het praktijkgebied arbeidsrecht.

Heeft u vragen?

Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.
Kledingvoorschrift ziekenhuis gerechtvaardigd onderscheid godsdienst

Schrijf u in voor onze nieuwsbrief

Schrijf u in voor onze nieuwsbrief