icon

Het faillissement als middel om van werknemers af te komen

Buiten faillissement zijn Nederlandse werknemers goed beschermd en kunnen ze niet zomaar worden ontslagen. Als donderslag bij heldere hemel verdwijnt echter deze arbeidsrechtelijke bescherming van werknemers als hun werkgever failliet wordt verklaard. Sommige bestuurders zijn hier ook mee bekend en gebruiken het faillissement als middel om dure vergoedingen en lange opzegtermijnen te vermijden. Hieronder zal ik een korte toelichting geven over hoe dit kan en wat een werknemer tegen dergelijk misbruik kan doen.

Zodra het faillissement is uitgesproken neemt een curator het roer over binnen het bedrijf. Eén van zijn doelstellingen is om de schulden niet op te laten lopen. In de meeste gevallen zal hij daarom snel de werknemers willen ontslaan. Daarvoor hoeft hij zich niet aan de gebruikelijke opzegtermijnen te houden: in faillissement geldt een maximale opzegtermijn van zes weken. Ook de opzegverboden gelden niet. Wel heeft de curator machtiging nodig van de rechter-commissaris, maar in de praktijk wordt deze gemakkelijk verleend.

Normaal gesproken zijn werkgevers die een onderneming overnemen, gebonden aan de arbeidsovereenkomsten die de werknemers van die onderneming hadden met de oude werkgever. De wetgever heeft echter bepaald dat deze regel niet geldt als de oude werkgever failliet is verklaard en zijn onderneming tot de boedel behoort. De wetgever wilde daarmee voorkomen dat nieuwe werkgevers werknemers uit een faillissement geen baan zouden aanbieden vanwege de verplichtingen voor hen uit oude arbeidsovereenkomsten. In de praktijk gebeurt het nog al eens dat een bestuurder van een failliete onderneming een doorstart realiseert door een nieuwe vennootschap op te richten, de onderneming van de curator over te kopen en slechts een gedeelte van de oude werknemers in te schakelen. Hij is dan niet gebonden aan de oude arbeidsovereenkomsten. Dit kan nog al eens onrechtvaardig aanvoelen, omdat feitelijk wel de oude onderneming wordt voorgezet!

Werknemers die menen dat het faillissement is aangevraagd uitsluitend om van hen (althans hun rechten op basis van hun arbeidsovereenkomst) af te komen kunnen daartegen opkomen door tegen de faillietverklaring in verzet te gaan. Dit moet dan binnen acht dagen na de dag van de uitspraak. De rechter zal dan kijken of de bestuurder het vooropgezette doel heeft afbreuk te doen aan de arbeidsrechtelijke bescherming van werknemers. De werknemers zullen dit moeten stellen en – bij betwisting – moeten bewijzen. Een lastige klus.

Een werknemer kan onder omstangiheden ook een schadevergoeding vorderen van een bestuurder als deze het faillissement heeft aangevraagd met het vooropgezette doel om de vennootschap voort te kunnen zetten, zonder dat de werknemer de normale arbeidsrechtelijke bescherming wordt geboden. Hoewel de rechter schadevergoeding op deze grond wel heeft toegekend, is ook dit niet eenvoudig te bewerkstelligen.


Maurits Richert is niet meer werkzaam bij Wieringa Advocaten. Indien u een vraag heeft naar aanleiding van deze blog dan kunt u zich wenden tot onderstaande contactpersoon van het praktijkgebied bedrijven in moeilijkheden.

Heeft u vragen?

Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.
Het faillissement als middel om van werknemers af te komen

Schrijf u in voor onze nieuwsbrief

Schrijf u in voor onze nieuwsbrief