icon

OPTA tevreden na uitspraak Raad van State

De Onafhankelijke Post- en Telecommunicatie Autoriteit, beter bekend onder de afkorting OPTA, is zeer verheugd over de uitspraak die de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State deze week heeft gedaan in een door haar ingesteld hoger beroep.

De OPTA heeft, zoals bekend, de taak om consumenten op het gebied van post- en telecommunicatie te beschermen tegen wetsovertredingen van de diverse marktpartijen. Bedrijven die zich niet aan de wet- en regelgeving houden, kunnen een boete opgelegd krijgen. De boetebesluiten worden door de OPTA gepubliceerd op haar website vanuit de gedachte dat hiervan een generaal preventieve werking uitgaat.

In de zaak die bij de Afdeling Bestuursrechtspraak aanhangig was gemaakt, stond ter discussie of de OPTA bij de openbaarmaking van haar boetebesluiten de namen van de rechtspersonen waartegen het boetebesluit is gericht te vermelden gedurende de periode dat deze boetebesluiten nog niet onherroepelijk zijn.

Een onderneming, ECS, die bezwaar had gemaakt tegen de aan haar opgelegde boete, meende dat publicatie tot die tijd niet mogelijk is omdat achteraf vast zou kunnen komen te staan dat de boete niet had mogen worden opgelegd waarmee de onderneming ten onrechte aan de schandpaal zou zijn genageld. De OPTA had zich op het standpunt gesteld dat de belangenafweging ten gunste van het algemeen belang moest uitvallen en dat het feit dat de boete nog niet onherroepelijk was niet veel gewicht in de schaal diende te leggen. De rechtbank was het eens met ECS en meende dat de OPTA pas tot volledige openbaarmaking mocht overgaan nadat alle bezwaar- en beroepprocedures tegen het boetebesluit waren afgerond.

De Afdeling Bestuursrechtspraak volgde de OPTA. In het kader van de toezichthoudende taak van de OPTA en de preventieve werking die van de publicatie dient uit te gaan, is haar belang dat boetebesluiten openbaar worden gemaakt, inclusief vermelding van de namen van de overtreder, groter dan het belang van de individuele overtreder, temeer daar deze een rechtsmiddel heeft om publicatie van haar naam tegen te houden. Indien hier geen gebruik van wordt gemaakt, dan wel de voorlopige voorziening wordt afgewezen, mag de OPTA de boetebesluiten dan ook publiceren zonder dat zij deze dient te anonimiseren.

De OPTA is zeer verheugd over deze uitspraak, zo blijkt uit het persbericht dat zij heeft doen uitgaan: “Deze uitspraak is niet alleen van belang voor OPTA, maar voor alle toezichthouders van Nederland. Openbaarmaking van de bedrijfsnamen in een boetebesluit kort nadat de boete is opgelegd, dient groot, publiek belang. Het weerhoudt de betrokken bedrijven ervan om weer in de fout te gaan en schrikt potentiële overtreders af. Verder is publicatie van de namen van overtreders van belang om consumenten en afnemers te waarschuwen”, aldus Chris Fonteijn, voorzitter van de telecomwaakhond.


Liesbeth Heidstra is niet meer werkzaam bij Wieringa Advocaten. Indien u een vraag heeft naar aanleiding van deze blog dan kunt u zich wenden tot onderstaande contactpersoon van het praktijkgebied internet en IT-recht.

Heeft u vragen?

Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.
OPTA tevreden na uitspraak Raad van State

Schrijf u in voor onze nieuwsbrief

Schrijf u in voor onze nieuwsbrief