Praktijkgebieden: Privacy
Gemeenten kunnen te ver gaan in hun aanpak van bijvoorbeeld risicojongeren. Zo heeft het College bescherming persoonsgegevens (CBP) onlangs de deelgemeente Charlois in Rotterdam een last onder dwangsom opgelegd. Charlois verwerkte structureel gegevens van jongeren die tot minderheidsgroepen uit de wijk behoren. Daarbij verwerkte Charlois onder meer gegevens over ras en etniciteit met als doel om de achterstand van de betreffende jongeren te verminderen/op te heffen.
Op grond van de Wet bescherming persoonsgegevens (Wbp) is het verwerken van persoonsgegevens betreffende iemands ras/etniciteit echter verboden. Gegevens over iemands ras/etniciteit behoren samen met die over (onder andere) iemands godsdienst, levensovertuiging en seksualiteit tot de bijzondere persoonsgegevens die op grond van de Wbp onder een strikt beschermingsmechanisme vallen. Charlois deed evenwel een beroep op de uitzonderingbepaling van artikel 18 onder b Wbp, waarin kortweg gezegd is opgenomen dat voornoemd verbod niet van toepassing is indien verwerking van de persoonsgegevens geschiedt in het kader van voorkeursbeleid. Hoewel Charlois volgens het CBP had aangetoond dat er sprake is van achterstand van de betreffende jongeren, had zij niet aangetoond dat het betreffende programma (Deelgemeentelijk Overleg Sluitende Aanpak) van Charlois ook daadwerkelijk de achterstand van de jongeren ongedaan maakte. Volgens het CBP was er dan ook geen sprake van een voorkeursbeleid en gold het verbod op verwerking van de persoonsgegevens onverkort.
Ook bedrijven dienen zich aan de Wpb te houden. Niet alleen de verwerking van bijzondere gegevens, maar ook algemene persoonsgegevens vallen onder het beschermingsregime. Aangezien het daarbij niet altijd duidelijk lijkt wat wél en wat niet is toegestaan, kan het geen kwaad dat zij zich daarover goed laten adviseren. Het CPB heeft immers ook in het verleden aangetoond zijn toezichthoudende taak uitermate serieus te nemen.
Paulien Beunk is niet meer werkzaam bij Wieringa Advocaten. Indien u een vraag heeft naar aanleiding van deze blog dan kunt u zich wenden tot onderstaande contactpersoon van het praktijkgebied privacy.
Door het leggen van conservatoir (derden) beslag worden vermogensbestanddelen van een wederpartij per direct bevroren. Er kan geen overdracht meer plaatsvinden en in bepaalde gevallen kunnen vermogensbestanddelen zelfs elders in bewaring worden gegeven. Deze actie kan druk zetten op de wederpartij waardoor een snelle oplossing kan worden bereikt.
Beslaglegging moet wel altijd worden gevolgd door een bodem of arbitrage procedure, tenzij eerder een buitengerechtelijke oplossing wordt bereikt.
Onterecht leggen van beslag moet worden voorkomen; het kan leiden tot een schadevergoedingsactie.
Wij onderzoeken graag of dit rechtsmiddel in uw situatie tot een spoedige oplossing kan leiden.
Snel een uitspraak nodig van de rechter over een bepaalde urgente situatie? In dat geval is een kort geding een oplossing voor uw situatie. De rechter geeft een voorlopig oordeel waaraan partijen zich al dan niet op straffe van een dwangsom dienen te houden.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende juridische oplossing.
Dit is in het civiele en bestuurlijke recht de procedure die (al dan niet na hoger beroep) leidt tot een definitieve beslechting van het geschil. Anders dan in een kort geding ligt de nadruk hier veel meer op een schriftelijke uitwisseling van processtukken.
Wij onderzoeken graag of dit de aangewezen procedure is voor uw geschil.
Een partij die zich beroept op de rechtsgevolgen van de door haar gestelde feiten of rechten moet deze bewijzen. Voorafgaand aan iedere gewenste procedure moet derhalve de bewijspositie worden bekeken.
Soms is het bewijs nog niet voldoende in handen van de cliënt. In dat geval is nadere actie gewenst. Te denken valt dan bijvoorbeeld aan het instellen van een (voorlopig) getuigenverhoor of het afdwingen van het verkrijgen van inzage in bepaalde documenten die zich bij de wederpartij bevinden (exhibitieplicht).
Wij zoeken graag met u naar de mogelijkheden om uw bewijsprobleem op te lossen.
Soms ontstaat er in een onderneming een intern geschil tussen aandeelhouders of tussen het bestuur en (enkele) aandeelhouders. Dit kan bijvoorbeeld gaan over de te volgen strategie van de onderneming. In dat geval kan aan de Ondernemingskamer, een speciaal daarvoor geëquipeerde afdeling van het Hof Amsterdam -- bij ons kantoor om de hoek -- een onderzoek naar de gang van zaken binnen de onderneming worden gevraagd. Zo'n onderzoek kan worden voorafgegaan door het vragen van voorlopige voorzieningen, zoals het schorsen van een bestuurder voor de duur van de procedure of het tijdelijk ontnemen van het stemrecht van een aandeelhouder.
Wij denken graag mee over de voor uw situatie passende oplossing.