icon

Aansprakelijkheid arbodienst voor gemaakte fouten (4)

Als werkgever bent u verantwoordelijk voor de re-integratie van (langdurig) zieke werknemers. Daarbij bent u in grote mate afhankelijk van de door u ingeschakelde arbodienst voor wat betreft medisch oordelen, de begeleiding gedurende het gehele traject en de inhoud van de rapportages. Wordt er tijdens de verzuimbegeleiding een fout gemaakt dan bent u als werkgever verantwoordelijk voor de door de arbodienst gemaakte fouten (zie mijn weblogs van 11 maart 2010 en 2 maart 2012). De loonschade, rente over de loonschade en schadevergoeding voor de tijd die u als werkgever aan de kwestie heeft moeten besteden, kunt u echter (proberen) verhalen op de arbodienst. Daarbij is wel vastgesteld dat de schade niet eerder is ontstaan dan vanaf het moment dat de arbodienst niet aan haar verplichtingen heeft voldaan (weblog 7 maart 2012).

Het vaststellen van het moment waarop de arbodienst niet aan haar verplichtingen heeft voldaan lijkt makkelijk vast te stellen maar dat kan de nodige complicaties geven. Bijvoorbeeld indien u gedurende de reïntegratie bent gewisseld van arbodienst: welke arbodienst is dan vanaf welk moment aansprakelijk? Deze vraag lag voor bij een onlangs gepubliceerde uitspraak van de rechtbank Midden Nederland.

In de onderhavige kwestie was de werkgever gedurende de re-integratie gewisseld van arbodienst waarbij de doorzending van het dossier geruime tijd op zich liet wachten. Een deel van het dossier werd bovendien helemaal niet doorgezonden. Net voor het eindigen van het contract met de voormalig arbodienst werd duidelijk dat re-integratie bij de eigen werkgever waarschijnlijk niet tot de mogelijkheden behoorde en dat onderzocht diende te worden of reïntegratie bij een ander werkgever (zogeheten “tweede spoor”) diende te worden ingezet. De nieuwe arbodienst ondernam na de overdracht weinig actie, en won bovendien geen informatie in bij de voormalig arbodienst. Pas in juni kwam de nieuwe arbodienst tot de conclusie dat inderdaad tweede spoor ingezet diende te worden. Gevolg: een loonsanctie wegens het te laat inzetten van het tweede spoor (re-integratie bij een andere werkgever). De werkgever stelde daarop beide arbodiensten aansprakelijk.

De rechtbank oordeelde dat nu het contract door de werkgever was opgezegd, het aan de werkgever was (tijdig)zorg te dragen voor overdracht van het dossier. Dit betekent dat van aansprakelijkheid als gevolg van de te late overhandiging eerst dan sprake kan zijn in geval van bijzondere omstandigheden die met zich brengen dat de nieuwe arbodienst voor het kunnen aanvangen van de Arbodienstverlening afhankelijk was van de overdracht van het dossier door de voormalig arbodienst en deze dat wist of behoorde te weten. Dergelijke bijzondere omstandigheden waren volgends de rechtbank niet gesteld. De voormalig arbodienst was niet aansprakelijk.

Dat gold evenwel niet voor de nieuwe arbodienst: deze had direct het dossier op dienen te vragen en informatie in dienen te winnen bij de voormalig arbodienst. Los van de passieve houding van de overnemende arbodienst mocht verwacht worden dat zij naar aanleiding van de eerstejaarsevaluatie voorbereidingen voor re-integratie tweede spoor trof. Door pas vijf maanden nadien tweede spoor te adviseren was zij daarmee veel te laat. Zij weet, althans behoort te weten, dat het te laat starten van re-integratie tweede spoor voor het UWV aanleiding is om een loonsanctie op te leggen. Nu het UWV dat inderdaad had gedaan was deze loonsanctie en de daaruit voortvloeiende schade voor de werkgever in redelijkheid aan de arbodienst toe te rekenen.

Het verweer van de arbodienst dat werkgever tegen de loonsanctie geen bezwaar/beroep had ingesteld, treft geen doel. De rechtbank overweegt daartoe dat het op de weg van de arbodienst had gelegen om te onderbouwen middels soortgelijke uitspraken dat het instellen van bezwaar/beroep kansrijk zou zijn geweest. Bovendien is de loonsanctie op initiatief van de werkgever verkort.

Ook in deze zaak (zie bovengenoemde blog van 7 maart 2012) werd beperking van de omvang van aansprakelijkheid op grond van een exoneratiebeding naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar geacht.
Uit de uitspraak blijkt voorts dat de werkgever de schade die hij zegt te hebben dient te onderbouwen door middel van stukken. De kosten voor re-integratie in het eerste spoor in het derde ziektejaar (dus tijdens de loonsanctie) kwamen bijvoorbeeld niet in aanmerking voor vergoeding.

Het blijft zaak om bij het sluiten van een overeenkomst met een arbodienst op de algemene voorwaarden en de daarin opgenomen bepalingen over aansprakelijkheid bij schade te letten. Is eenmaal een loonsanctie opgelegd, dan is het zaak direct de reïntegratie te hervatten, de arbodienst daarbij te betrekken en in de gelegenheid te stellen het gebrek te herstellen én het UWV zo mogelijk om bekorting van de loonsanctie te verzoeken.


Fleur Costa Baiôa is niet meer werkzaam bij Wieringa Advocaten. Indien u een vraag heeft naar aanleiding van deze blog dan kunt u zich wenden tot onderstaande contactpersoon van het praktijkgebied arbeidsrecht.

Heeft u vragen?

Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.
Aansprakelijkheid arbodienst voor gemaakte fouten (4)

Schrijf u in voor onze nieuwsbrief

Schrijf u in voor onze nieuwsbrief