icon

Frachiseovereenkomst wettelijk regelen?

Op 17 december 2013 hebben de ministers van Veiligheid en Justitie en Economische Zaken een aantal Kamervragen van twee PvdA-leden beantwoord over de ‘misstanden' in, zoals de PvdA-leden dit noemden, ‘franchiseland'.

Centraal in de Kamervragen stond de vraag of de franchiseovereenkomst zou moeten worden opgenomen in het Burgerlijk Wetboek. Vooralsnog is de franchiseovereenkomst een zogeheten onbenoemde overeenkomst, net als, bijvoorbeeld, de distributieovereenkomst. De verhouding tussen een franchisegever en de franchisenemer wordt dus bepaald door wat zij met elkaar zijn overeengekomen, waarbij slechts algemene verbintenisrechtelijke regels van de wetgever een rol spelen en geen specifiek voor franchise geldende regels.

Omdat bij een franchiserelatie sprake is van een in meer of minder mate afhankelijke franchisenemer, heeft de Nederlandse Franchise Vereniging, waarbij franchisegevers zich kunnen aansluiten, haar leden verplicht de regels uit de Europese Erecode inzake Franchise na te leven. Die regels leggen vergaande (informatie-)plichten op aan franchisegevers, onder meer voorafgaand aan het sluiten van de franchiseovereenkomst. De cursivering van het werkwoord kunnen is bewust: de franchisegever heeft dus in de hand of bepaalde zorg- en informatieplichten komen te gelden in de rechtsverhouding met de franchisenemer.

De ministers hebben de vraag of de franchiseovereenkomst moet worden opgenomen in het Burgerlijk Wetboek ontkennend beantwoord. Zij hebben daarbij onder meer verwezen naar de Erecode en ook naar de rechtspraak over franchising.

Als de franchiseovereenkomst niet dwingendrechtelijk zou worden vastgelegd in ons Burgerlijk Wetboek, kan van het in de wet bepaalde worden afgeweken in de overeenkomst. Afhankelijk van welke wettelijke verplichtingen voor de franchisegever zouden komen te gelden, zou dan het uitgangspunt kunnen worden dat een franchisenemer van rechtswege bepaalde bescherming krijgt, maar partijen van die bescherming contractueel en dus in beginsel op basis van wilsovereenstemming, kunnen afwijken. Vanzelfsprekend dient goed te worden uitgezocht of een bepaalde rechtsverhouding een wettelijke regeling verdient. Vaststaat echter dat in het geval van franchise, een wettelijke regeling in elk geval een wat steviger evenwicht tussen partijen kan bieden. Over of dit al dan niet gewenst is, zullen franchisenemer en franchisegever vanzelfsprekend van mening verschillen.


Sabine Hirdes is niet meer werkzaam bij Wieringa Advocaten. Indien u een vraag heeft naar aanleiding van deze blog dan kunt u zich wenden tot onderstaande contactpersoon van het praktijkgebied contracten.

Heeft u vragen?

Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.
Frachiseovereenkomst wettelijk regelen?

Schrijf u in voor onze nieuwsbrief

Schrijf u in voor onze nieuwsbrief