icon

Medezeggenschap in de zorg

Naast de bekende medezeggenschap door werknemers middels ondernemingsraden, kennen zorginstellingen ook cliëntenraden. Een cliëntenraad van een zorginstelling behartigt de belangen van de patiënten en cliënten. Een cliëntenraad heeft net als een ondernemingsraad recht op informatie, overleg, adviesrecht, recht van enquête en invloed op de samenstelling van het bestuur en raad van toezicht van de zorginstelling. Die rechten ontleent de cliëntenraad aan de Wet medezeggenschap cliënten zorginstellingen.

Artikel 2 van die wet bepaalt dat de zorgaanbieder voor elke door hem in stand gehouden instelling een cliëntenraad instelt, die binnen het kader van de doelstellingen van de instelling in het bijzonder de gemeenschappelijke belangen van de cliënten behartigt.

De Hoge Raad heeft in december uitleg gegeven van het begrip “instelling” zoals bedoeld in de wet. De casus ging over een instelling in Brabant die zorg verleent aan 2700 kinderen en volwassenen met een lichamelijke of verstandelijke beperking. De instelling heeft meerdere afzonderlijke locaties, maar wordt door de toezichthouder (Wet Toelating Zorginstellingen) als één gezien. De afzonderlijke locaties hebben geen eigen WTZi-toelating. De instelling wijzigde eerst haar organisatiestructuur, waardoor meerdere locaties onder een overkoepelende divisie kwamen te vallen. Als gevolg daarvan werd ook de medezeggenschapsstructuur gewijzigd. De cliëntenraden werden niet langer geografisch georganiseerd, maar per divisie. Dit had tot gevolg dat er minder officiële cliëntenraden overbleven. Een bepaalde cliëntenraad die als gevolg van de verandering opging in een centrale raad en zelf geen wettelijke rechten meer overhield, verzocht de kantonrechter om hem als cliëntenraad (met alle bijbehorende rechten) te erkennen.

In cassatie oordeelde de Hoge Raad dat de wetgever niet kon hebben bedoeld dat zorgaanbieders die één WTZi-toelating hadden, maar meerdere financiers, worden verplicht tot het instellen van grote aantallen cliëntenraden. Volgens de letter van de wet zou deze instelling kunnen volstaan met het instellen van één cliëntenraad.

Dat leidt er bij een grote organisatie als deze toe dat medezeggenschap niet hoeft te worden georganiseerd op het (lagere) niveau waar daadwerkelijk de zorg wordt verleend (hoe maatschappelijk gewenst dat ook kan zijn). De Hoge Raad legt de wettekst uit en laat het aan de wetgever om de wet aan te passen aan de huidige maatschappelijke opvattingen.

Deze uitkomst zal een geruststelling zijn voor een aantal grote zorginstellingen. Zij dienen er echter wel voor te waken dat medezeggenschap serieus wordt genomen. In de recent vernieuwde Governancecode Zorg is nu vastgelegd dat “medezeggenschap van cliënten (Cliëntenraad) en hun verwanten en van medewerkers (OR), en advisering en beïnvloeding door professionals (is) van groot belang [is] voor de koersbepaling van de zorgorganisatie, het bewaken van de maatschappelijke doelstelling van de organisatie en het delen van waarden en normen. Medezeggenschap ligt in het verlengde van het primair proces.

De Code benadrukt dat uitsluitend naleving van de wettelijke regeling een onvoldoende waarborg is voor een actief en transparant medezeggenschapsbeleid. De uitleg van de Hoge Raad is in deze dus niet zaligmakend.


Maartje Oliemans-Ouwehand is niet meer werkzaam bij Wieringa Advocaten. Indien u een vraag heeft naar aanleiding van deze blog dan kunt u zich wenden tot onderstaande contactpersoon van het praktijkgebied zorg.

Heeft u vragen?

Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.
Medezeggenschap in de zorg

Schrijf u in voor onze nieuwsbrief

Schrijf u in voor onze nieuwsbrief