icon

Serie borgtocht, een gevaarlijke overeenkomst; deel 1: borgtocht en hoofdelijkheid

De overeenkomst van borgtocht is een gevaarlijke overeenkomst. Denk bijvoorbeeld aan ouders die zich tegenover de bank garant stellen voor de schuld van hun kind zodat hij/zij een appartement kan kopen, of aan een directeur die zich persoonlijk garant stelt voor schulden van zijn bedrijfje zodat hij extra financiering kan krijgen. Vaak worden dergelijke zekerheden verstrekt als het allemaal goed gaat. De gedachte is dan dat deze toch nooit zullen worden aangesproken. Maar o wee, als het wel gebeurt… wat zijn dan de gevolgen?

In dit eerste deel van een reeks over de overeenkomst van borgtocht zal ik het onderscheid bespreken tussen borgtocht en (gewone) hoofdelijkheid.

Volgens de wet zijn schuldenaren zogenaamd “hoofdelijk” verbonden als zij allen voor het geheel kunnen worden aangesproken. Als één van hen wordt aangesproken, moet de aangesprokene alles betalen – de schuldeiser wordt volledig voldaan – en moet hij vervolgens zelf een gedeelte zien te halen bij zijn medeschuldenaren.

Borgtocht is een bijzondere vorm van hoofdelijkheid. Ook bij borgtocht kan de borg voor het geheel worden aangesproken en zal hij vervolgens zelf de hoofdschuldenaar moeten aanspreken. Het bijzondere van de borgtocht bestaat erin dat de borg zich garant stelt voor een schuld van een ander waar hijzelf in principe niets mee te maken heeft. Het is van belang om dit onderscheid te maken.

Om te bepalen of sprake is van borgtocht of van hoofdelijkheid zal moeten worden gekeken naar hoe de “borg” zich heeft gepresenteerd aan de schuldeiser. Het gaat erom dat hij naar de schuldeiser toe moet treden als iemand die slechts zekerheid verstrekt voor de schuld van een ander, terwijl de schuld hem niet aangaat. Het is dus van geval tot geval afhankelijk. Het gebruik van de woorden “borg” of “borgtocht” kan een aanwijzing vormen dat sprake is van een borgtocht, maar is niet beslissend.

Belangrijke gevolgen van het feit dat een overeenkomst een overeenkomst van borgtocht is, is dat een borgtocht subsidiair en afhankelijk is. Subsidiair heeft tot gevolg dat de borg slechts gehouden is te betalen aan de schuldeiser als de hoofdschuldenaar is tekortgeschoten. Dit betekent dat de schuldeiser eerst de hoofdschuldenaar zal moeten aanspreken. De borg kan de zaak traineren door de schuldeiser op deze verplichting te wijzen. Afhankelijk heeft tot gevolg dat als de vordering van de schuldeiser op de hoofdschuldenaar teniet is gegaan, de borgtocht ook teniet is gegaan. Als bijvoorbeeld de hoofdschuldenaar zich kan beroepen op verjaring van de vordering dan kan ook de borg daarop een beroep doen.

Concluderend: als borg dient u ervoor te zorgen dat u duidelijk maakt dat u zekerheid verschaft voor de schuld van een ander, dat deze schuld u niet aangaat en dat u pas zult betalen nadat de schuldenaar heeft betaald. Dan kunt u genieten van de extra bescherming die voor borgtochtovereenkomsten gelden. Want – pas op! – schuldeisers zullen bij voorkeur bepleiten dat sprake is van hoofdelijkheid en niet van borgtocht…


Maurits Richert is niet meer werkzaam bij Wieringa Advocaten. Indien u een vraag heeft naar aanleiding van deze blog dan kunt u zich wenden tot onderstaande contactpersoon van het praktijkgebied contracten.

Heeft u vragen?

Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.
Serie borgtocht, een gevaarlijke overeenkomst; deel 1: borgtocht en hoofdelijkheid

Schrijf u in voor onze nieuwsbrief

Schrijf u in voor onze nieuwsbrief