icon

PvEM: beleidsregel of niet?

Na het doorlopen van inspraakprocedure heeft het Dagelijks Bestuur van het stadsdeel Centrum van de gemeente Amsterdam bij besluit van 31 maart 2009 het Programma van Eisen Bouwkundige Kwaliteit 2009 en het Programma van Eisen Monumenten 2009 (hierna: PvEM) vastgesteld. Deze programma's zijn vastgesteld ten behoeve van de beoordeling van (ver)bouwplannen. Het PvEM heeft betrekking op panden die zijn aangewezen als Rijksmonument of gemeentelijk monument.

Er is aldus sprake van bij besluit vastgestelde algemene regels omtrent de afweging van belangen, de vaststelling van feiten of de uitleg van wettelijke voorschriften bij het gebruik van een bevoegdheid van een bestuursorgaan. Met andere woorden: het PvEM is een beleidsregel in de zin van de Algemene wet bestuursrecht.

Uit de rechtspraak blijkt ook dat deze programma's als beleidsregels worden toegepast. De Rechtbank Amsterdam onderschrijft bijvoorbeeld in de uitspraken van 13 april 2012 (LJN: BW7263, r.o. 3.7.2) en 11 januari 2013 (LJN: BY8233, r.o. 1.5) dat in deze programma`s beleid is vastgelegd. Ook de Afdeling bestuursrechtspraak (ABRS 10 oktober 2012; LJN:BX9698, r.o. 4.1) heeft dit als volgt bevestigd:

De monumentencommissie heeft zich terecht op het standpunt gesteld dat uitgangspunt is de in het PvEM neergelegde beleidsregel dat de bestaande hoofdstructuur van een beschermd gemeentelijk monument moet worden gerespecteerd en dat slechts in incidentele gevallen een monumentenvergunning kan worden verleend voor doorbraken in wanden die onderdeel zijn van de monumentale hoofdstructuur, waarbij afhankelijk van de aard en situering van de doorbraak moet worden gedacht aan een enkele deur tot maximaal de omvang van een dubbele deur. Hetgeen [appellant] heeft aangevoerd, biedt geen grond voor het oordeel dat de beleidsregel kennelijk onredelijk is.

Omdat de gerealiseerde doorgang de breedte van een dubbele deur overschrijdt, kan volgens de beleidsregel geen monumentenvergunning worden verleend. [appellant] betoogt dat van deze beleidsregel moet worden afgeweken, omdat de doorgang wat betreft maatvoering volledig in verhouding staat tot de omliggende ruimte en de hoogte van het souterrain. Ook indien de doorgang vanuit architectonisch oogpunt goed past in de ruimte van het souterrain, betekent dat evenwel niet dat de doorgang geen inbreuk maakt op de monumentale structuur van het pand, zodat daarin geen grond is gelegen van de beleidsregel af te wijken.

(onderstrepingen gemachtigde)

Het PvEM bevat dus beleidsregels. Of toch niet?

De Afdeling bestuursrechtspraak heeft in twee uitspraken (18 januari 2012, LJN: BV1204 en 8 augustus 2012, LJN: BX3958) overwogen dat het PvEM uitsluitend richtlijnen die als leidraad dienen voor planontwikkeling, planbeoordeling en de uitvoering van verbouwings- of restauratiewerkzaamheden van monumenten bevat en geen beleidsregels in de zin van artikel 4:81, eerste lid, van de Awb. Hoe is dat nu mogelijk? Het antwoord is even eenvoudig als ontluisterend. Het was in deze gevallen niet in het belang van het Dagelijks Bestuur gebonden te zijn aan het PvEM omdat dit zou leiden tot verwerping van het door het Dagelijks Bestuur in de procedures ingenomen standpunt. Het Dagelijks Bestuur heeft ervoor gekozen de status van de PvEM in het midden te laten en zelfs bestreden dat het om beleidsregels gaat. De Afdeling bestuursrechtspraak is hierop onvoldoende alert geweest.

Heeft u vragen?

Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.
PvEM: beleidsregel of niet?

Schrijf u in voor onze nieuwsbrief

Schrijf u in voor onze nieuwsbrief